Precisiewerk

Gepubliceerd op 26-07-2016, 11:21
Ze zwegen lang, de jonge ondernemers. Met geen woord repten ze over hun succesvolle startup die iets uitgekookts met techniek deed. Jullie hebben goud in handen, zeiden hun eerste zéér tevreden klanten. Dat was kicken voor de mannen. Maar om te kunnen groeien was kapitaal van investeerders nodig. Hoe bereik je die? En op basis van welke informatie?
Precisiewerk
Al snel werd geopperd toch maar eens een persbericht de wereld in te sturen. Even snel verdween dat idee weer van tafel. Want waarom schieten met hagel op redacties die dagelijks tientallen en soms honderden persberichten ontvangen? Stél dat iemand in medialand er al iets mee doet, bereik je daarmee dan als startup op een overtuigende manier potentiële investeerders?

De jonge ondernemers kozen voor precisiewerk. Ze brachten nauwkeurig in beeld welke media in de wereld van financiën, beleggen, technologie en investeren leidend zijn. Ze inventariseerden wie binnen die media over welke onderwerpen schrijven. En vooral ook hóe en vanuit welke invalshoeken. Ze analyseerden welke trends en innovaties een rol spelen. Ze brachten de plus- en deels ook minpunten van hun bedrijfsverhaal in beeld en maakten onderling afspraken over de inhoudelijke bandbreedte.

Het precisiewerk leidde tot een optimaal voorbereid interview met het Financieele Dagblad. De al even goed voorbereide journalist was geïnteresseerd, gezond kritisch, nuchter en helder in zijn afspraken. De jonge ondernemers deden hun verhaal doordacht, enthousiast en open. Ze meden promotie-prietpraat en kregen het niet benauwd als de journalist op specifieke onderdelen stevig doorvroeg. Conform afspraak lazen ze het verhaal na op feitelijke onjuistheden.

Een verhaal dat daarna “ geïllustreerd met prachtig beeldmateriaal “ bij het FD in de krant en op de website verscheen. Het bleef niet onopgemerkt. De jonge ondernemers zagen hun bedrijf scoren bij Google en kregen binnen en buiten hun netwerken veel leuke reacties. Oók van investeerders.

Deze column verscheen op dinsdag 27 juli in Haarlems Dagblad, op de pagina Goede Zaken.